Recreatief judo
Waarom judo zo’n mooie sport is
Respect, vriendschap en behulpzaamheid staan in een hoog vaandel bij de judo. Je judoot niet tegen elkaar maar met elkaar. Judo betekent letterlijk ‘de zachte weg’. Tijdens de judo lessen stoei je op een gecontroleerde manier met elkaar. Je leert jezelf dus te beheersen. Ook in andere situaties bijvoorbeeld op het schoolplein. Tijdens de lessen doe je ook wedstrijdjes. Zo leer je om te gaan met winnen en verliezen. Dat is iets dat je in het dagelijkse leven nog heel vaak tegen zult komen bijvoorbeeld als je verkering uitgaat of je wordt niet uitgekozen om mee te doen in het school atletiek team.
Judo is ook een vorm van opvoeden, een manier van leven.
Je leert letterlijk om na het vallen weer op te staan. Als je hebt verloren met een voetbalwedstrijd of je telefoon kapot gevallen is, kun je bij de ‘pakken neer’ gaan zitten maar hier kom je geen stap verder mee. Je leert bij judo om te incasseren, te accepteren, je schouders eronder te zetten en weer door te gaan; op naar de volgende uitdaging.
Doordat je vaak een techniek voordoet met je maatje, vind je het niet eng meer om voor een groep te spreken. Hier haal je voordeel uit als je bijvoorbeeld een spreekbeurt moet doen op school.
Judo maakt het leven rijker
Kinderen durven “nee” te zeggen tegen anderen als ze uitgedaagd worden om (gevaarlijke of verkeerde) dingen te doen, die ze eigenlijk niet willen of durven. Als je zelfvertrouwen uitstraalt, wordt je ook minder snel het slachtoffer van pesterijen. De kinderen die eerst onzeker waren, durven op te komen voor andere kinderen die gepest worden.
Je leert discipline en dat zul je in het leven nog vaak nodig hebben want ook al heb je geen zin om te leren, die toets die moet je toch maken. Bij judo leer je om samen te werken. In je eentje kun je niet judoën. Je hebt je partner nodig om te kunnen oefenen. Samenwerking kom je in veel dagelijkse situaties tegen.
Judo is een verdedigingssport en geen vechtsport. In deze maatschappij is het (zeker) voor meisjes en hun ouders erg prettig als meisjes hebben geleerd hoe ze zichzelf kunnen verdedigen. En zo zijn er nog zoveel dingen meer die je van judo leert. Het is dus naast een leuke conditionele sport nog zoveel meer.
Wist je dat het bewezen is, dat als groepen op scholen een aantal weken judo les hebben gehad (tijdens de gymles), de sfeer in de groep vaak ten goede verandert en er niemand meer gepest wordt in de groep? Vele scholen hebben al ontdekt dat het betere resultaten oplevert dan SOVA trainingen. In vele gemeenten is wordt judo inmiddels in het standaard schoolprogramma aangeboden. Dat is een goede zaak vinden wij!
Leren vallen
Springend, klimmend, rennend en stoeiend ontdekken jonge kinderen de wereld om zich heen en zoeken zij de grenzen tussen uitdaging en veiligheid.
Veel kinderen kampen tegenwoordig echter met een onderontwikkelde motoriek omdat de bewegingsvaardigheid meer naar de achtergrond is verdrongen door speelruimtegebrek en door meer televisie- en computergebruik. Overgewicht is eveneens een serieuze bedreiging. Vallen wordt hierdoor van jongs af aan een steeds groter probleem.
Elk jaar zijn meer dan 120.000 kinderen betrokken bij een val ongeluk. Gemiddeld loopt 41% een fractuur op, onder wie een groot deel hersenletstel.
Ook ouderen zijn, uiteraard, veelvuldig betrokken bij valpartijen. Vaak voltrekt het genezingsproces zich bij deze groep langzamer en zijn sommige letsels van blijvende aard.
Redenen te over om al zo jong mogelijk te beginnen met valoefeningen, onder het motto: jong geleerd, oud gedaan. Kinderen die vaak vallen blijken niet alleen last te krijgen van valangst, maar ook van faalangst en zonderen zich maar al te graag om die redenen van de speelgenootjes af.
Een valtraining zoals judoka’s die krijgen, blijkt positief uit te werken door een snellere vooruitgang in andere takken van sport.
Hoe sporten elkaar aanvullen..turnoefeningen in een judoles?
De Portugese stervoetballer Cristiano Ronaldo krijgt bijles van sprintkanon Usain Bolt. Voormalig bondscoach Foppe de Haan ging met zijn Jong Oranje de turnzaal in. Waarom? De meeste sporters zijn eenzijdig fysiek en motorisch ontwikkeld. Dat geeft een verhoogde kans op blessures, minder sportplezier en uiteindelijk ook mindere prestaties. Kinderen die op jonge leeftijd goed leren bewegen, hebben deze problemen niet. Om eenzijdige belasting te voorkomen, komen er in de lessen verschillende oefenvormen aan bod natuurlijk uit de judosport maar bijvoorbeeld ook uit de turnsport.
Rompstabiliteit, leningheid en balans zijn vormen uit de turnsport die judoka’s veel positiefs brengen. Oefeningen uit de turnsport zorgen voor een goede lichaamsbeheersing. Zo zijn er ook oefeningen uit de balsport die goed zijn voor een judoka. Het vangen van ballen terwijl je stil zit of staat bijvoorbeeld, helpen je balans en ook je reactiesnelheid te verbeteren.